Werner Heisenberg, de natuurkundige die het onzekerheidsprincipe formuleerde, verdiepte zich tijdens zijn reizen naar China in 1929 in de I Ching. Hoewel dit geen centraal onderdeel van zijn werk was, was hij geïntrigeerd door de parallellen met het niet-deterministische wereldbeeld van de kwantummechanica.
Belangrijkste punten:
Waarom dit belangrijk is:
Heisenberg ‘gebruikte’ de I Ching niet wetenschappelijk, maar hij erkende de filosofische verwantschap met de kwantummechanica – beide worstelen met onzekerheid, de rol van observatie in de werkelijkheid en de veranderlijkheid van de waarheid.
Citaat:
“De heftige reactie op de recente ontwikkelingen in de moderne natuurkunde kan alleen worden begrepen als men zich realiseert dat hier de fundamenten van de [Newtoniaanse] natuurkunde in beweging zijn gekomen [...] en dat deze beweging het gevoel heeft veroorzaakt dat de grond onder de wetenschap zou worden weggehaald.”
— Heisenberg, Physics and Philosophy (1958), verwijzend naar een wereldbeeld dat dichter bij de veranderlijkheid van de I Ching ligt.
Contrast met AI:
In tegenstelling tot de deterministische gegevensverwerking van AI, erkende de natuurkunde van Heisenberg — net als de I Ching — de grenzen van kennis en omarmde het paradoxen. Beide systemen gedijen waar logica en intuïtie samenkomen. Lees ook het artikel over de kunstmatige intelligentie en de I-Ching